Tijdens deze toolboxmeeting besteden we aandacht aan de veiligheid rondom het thema 'tillen'.
Binnen GMB wordt vaak zwaar werk verricht. Er worden nog altijd teveel en te zware materialen getild, gedragen, geduwd of getrokken. Lichamelijke overbelasting door zwaar tillen en dragen leidt tot klachten en aandoeningen aan het lichaam (nek, schouders, armen en rug). Bijna de helft van het ziekteverzuim in de bouw wordt door deze klachten veroorzaakt.
Door verkeerd te
kun je een blessure oplopen
Hier is geen wettelijke bepaling voor, maar over het algemeen wordt aangenomen dat 23 kilo het maximum is.
Deze grens is gebaseerd op de NIOSH-methode die ook in de toelichting op het Arbobesluit 5.2 is opgenomen.
Maar het gewicht is niet de enige factor die de taak belastend maakt. Ook de frequentie, de afstand van de verplaatsing, de hoogte tot de vloer en de draaiing van het lichaam zijn van invloed. De NIOSH-methode houdt rekening met deze omstandigheden. Op basis hiervan berekent NIOSH-rekentool het aanbevolen gewicht. Maximaal is dat 23 kilo, maar bij extra zware omstandigheden kan dat dus nog lager zijn. Over het algemeen luidt de uitkomst maximaal 12 kg of zelfs nog veel minder.
In de bouw geldt als regel dat goederen zwaarder dan 50 kg niet handmatig verplaatst mogen worden. Dus ook niet met meerdere werknemers.
Maatregelen tegen overbelasting:
Maatregelen in de ontwerpfase:
Maatregelen in de uitvoering:
Er zijn naast tilwerkzaamheden nog meer lichamelijke belastende aspecten
Ga met elkaar in gesprek over het volgende: